model 1816 cavaleriekarabijn

Totale lengte	880mm
Kaliber	17,5mm
Bijhorende bajonet	/

Vanaf 1830 werd de model 1816 cavaleriekarabijn in Luik gemaakt voor de Belgische lichte cavalerie. Dankzij de rail aan de linkerzijde, met 2 ringen waarvan 1 reserve, kon het wapen aan de karabijnhaak van de riem gehangen worden. Daardoor hing het wapen laag, hetgeen het laden vergemakkelijkte.

Deze versie had het eerste model rail voor karabijnhaak, zonder messing rozet noch bijkomende schroef net achter het mechanisme. De rail werd bevestigd via een scharnier op de voorste loopband en een enkele schroef doorheen het mechanisme. Daardoor was de voorste schroef op de “contreplatine” niet bereikbaar omdat de rail er voor liep.
Vanaf 1834 werd er een nieuwe rail ingevoerd maar niet alle bestaande wapens werden omgebouwd. De gemoderniseerde versie was de model 1816 cavaleriekarabijn, met rail model 1834.

De pompstok werd niet op het wapen zelf bevestigd maar aan de sabelhaak op de riem van de gebruiker door middel van de cirkelvormige ring achteraan de pompstok. Hieraan werd eveneens een riempje vastgemaakt om de pompstok niet te verliezen.

Vanaf 1841 werden de meeste Belgische wapens omgebouwd naar percussie. Een omgebouwde model 1816 cavaleriekarabijn kreeg daardoor de nieuwe modelnaam model 1816 cavaleriekarabijn, gewijzigd.