model 1816/22 pistool voor de cavalerie

Totale lengte350mm
Kaliber17,1mm
Bijhorende bajonet/

Vanaf 1830 werd dit van oorsprong Frans pistool in het Luikse geproduceerd voor de Belgische cavalerie. Dit model werd gebruikt door alle afdelingen van de cavalerie voordat er het specifieke model 1816/22 pistool van de lichte cavalerie en het model 1816/22 pistool van de zware cavalerie ingevoerd werden.

Het mechanisme was van het Frans model 1816/22 met vuursteenslot. De loop was in kaliber 17,1mm, licht kleiner dan de 17,5mm van de schoudervuurwapens.
De lade werd gemaakt uit notenhout vooraan voorzien van een messing neuskap zonder opening voor een pompstok. Achteraan liep de lade uit in een sterk afgeronde pistoolgreep met een messing greepkap met schroef (dus niet met een stalen ring voor de veiligheidsketting).

De ruiter gebruikte voor het pistool dezelfde pompstok als voor zijn model 1816/22 cavaleriekarabijn.

De model 1816/22 pistolen werden vanaf 1841 ook aangepast naar percussiesysteem wat resulteerde in het model 1816/22 pistool van de lichte cavalerie, gewijzigd. In tegenstelling tot de schoudervuurwapens werden deze pistolen in de jaren 1850-1860 niet voorzien van trekken in de loop.