geweer nr. 1 met beproefde materialen

Totale lengte	1480mm
Kaliber	17,5mm
Bijhorende bajonet	model An IX (Franse) hulsbajonet

Dit wapen, dat in 1832 in productie ging, was een vereenvoudigde versie van het geweer nr. 1 (normaal). Er werd minder aandacht besteed aan de afwerking zodat de productiecapaciteit uitgebreid kon worden. Verschillende onderdelen werden ook kleiner gemaakt zodat ze makkelijker te passen waren.

Overheidsinspecteurs waren aanwezig tijdens een groot gedeelte van het productieproces. De metalen onderdelen werden eerst “en blanc” gecontroleerd; een montage van loop en sluitstuk maar zonder hout en beslag. Hierna werd een proefstempel aangebracht aan de onderkant van de kruitpan. Een bijkomende stempel volgde na inspectie van het afgewerkte wapen waarbij de slot, kolf, poetsstok en bajonet voor voor afname door de Belgische staat werden geïnspecteerd.

De trekker werd op zijn plaats gehouden door een schroef terwijl dit bij het geweer nr. 1 (normaal) gebeurde met een pen. De voorkant van de trekkerbeugel was “à potence”; hierbij werd de voorste nok van de beugel in de voorziene opening gebracht alvorens het geheel een kwartslag te draaien.
De verschillen tussen het geweer nr. 1 (normaal) en geweer nr. 1 met beproefde materialen waren dus minimaal. Bovendien waren er ook hybride modellen met de loop van de ene en het mechanisme van het anderen. In dat geval bepaalde de loop de modelnaam.

Het geweer nr. 1 met beproefde materialen bleef decennialang in Belgische dienst. Vanaf 1841 werden ze grotendeels omgebouwd naar percussie en vanaf 1853 voorzien van trekken in de loop. Bij de overschakeling naar achterlaadsystemen, vanaf 1867, werden ze nogmaals gemoderniseerd.