Brits Geweer, Anti-Tank, .55in, Boys

Tijdens de oorlog van 1914-1918 maakten tanks voor het eerst hun opwachting op het slagveld. Om zicht te kunnen verdedigen tegen deze Britse uitvinding, ontwikkelde Duitsland het anti-tankgeweer model 1918. Na de Eerste Wereldoorlog ging de ontwikkeling van zowel tanks als anti-tankwapens verder.

In Groot-Brittannië werd er in de jaren 1930, door het Small Arms Committee in Enfield, gewerkt aan een grendelgeweer dat de bepantsering van de nieuwe generatie tanks aankon. Hiervoor werd gebruik gemaakt van een aangepaste versie van de door John Moses Browning ontwikkelde .50BMG patroon (12.7x99mm).

Het Brits Geweer, Anti-Tank, .55in, Boys was een grendelgeweer met een looplengte van 910mm en een totaalgewicht van meer dan 16kg. Het kon door één persoon vervoerd worden maar was zwaar en groot. Ook de terugstoot was enorm, ondanks de mondingsrem, de naar achteren gebogen tweepoot en de rubberen kolfplaat.
De lader zat bovenop het wapen zodat de zwaartekracht hielp bij het aanbrengen van de volgende patroon. De as van de miklijn werd naar links verplaatst om zo langs de lader door te mikken.